Peter Gillis wil belastingfraudezaak overdoen: 'Ondermijnt vertrouwen in rechters'

In dit artikel:

Realityster en vastgoedondernemer Peter Gillis kreeg geen gelijk toen hij vroeg de zaak tegen hem over belastingfraude opnieuw bij de rechtbank te laten behandelen. Tijdens de eerste zitting in het hoger beroep donderdag in het gerechtshof in Den Bosch voerde zijn advocaat Mark Hendriks aan dat de eerdere rechter partijdig zou zijn geweest door zich te laten beïnvloeden door Gillis’ optredens in de media. Hendriks wees erop dat in de uitspraak een vergelijking met taxichauffeurs werd gemaakt die zwart rijden, een opmerking die volgens hem alleen tegenover Omroep Brabant was gedaan en niet in de rechtbank.

Het Openbaar Ministerie sprak van argumenten die het vertrouwen in rechters aantasten; de advocaat-generaal stelde dat die mediaopmerking niet als bewijs in de uitspraak is gebruikt en wilde dat het hoger beroep doorloopt. De rechtbank merkte op dat het hoger beroep juist bedoeld is om punten opnieuw te beoordelen, maar dat men niet het hele vonnis opnieuw zal uitvoeren.

In april werd Gillis door de rechtbank veroordeeld voor grootschalige belastingfraude en gezien als de aansturende kracht achter de praktijken bij het hoofdkantoor van de Oostappen Groep in Asten en op acht vakantieparken, onder meer in Baarlo, Herkenbosch en Heel. Hij kreeg twaalf maanden cel, waarvan zes voorwaardelijk, en werd veroordeeld voor onder meer zwart verhuren van chalets, vernietiging van administratie en het niet doen van belastingaangifte. Zijn dochter en ex‑vrouw kregen taakstraffen van respectievelijk 240 en 180 uur. Het hoger beroep wordt in maart volgend jaar vervolgd; de zaak wordt naar verwachting inhoudelijk behandeld eind 2026.