Provincie Limburg en Arriva bereiken akkoord over financiële afwikkeling Maaslijn

In dit artikel:

De opwaardering van de Maaslijn tussen Roermond en Nijmegen — met elektrificatie, snelheidsverbeteringen en op sommige delen dubbel spoor — is in volle gang, maar raakte vertraagd ten opzichte van de in de concessie afgesproken oplevering van december 2020. Door coronamaatregelen en de oorlog in Oekraïne moesten vervoerder Arriva langer met dieseltreinen blijven rijden, wat hogere exploitatiekosten en minder reizigersgroei veroorzaakte. In de concessie was vastgelegd dat Arriva daar niet financieel de dupe van mocht worden.

Na onderhandelingen is vastgesteld dat de vertraging de rekening op €89 miljoen brengt. De Provincie Limburg neemt daarvan €44,5 miljoen voor haar rekening; het Rijk (Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat) draagt de overige helft. De extra kosten bestaan onder meer uit langdurige stalling en onderhoud van reeds aangeschafte elektrische treinen, duurdere dieseltreinen in gebruik en verlengde leasecontracten. Hoewel de werkzaamheden momenteel vlot verlopen, is er een risicoreserve opgenomen voor mogelijke uitloop tot 2028 om toekomstige onzekerheid te beperken.

Gedeputeerde Jasper Kuntzelaers noemt het akkoord een belangrijke afronding van dit dossier en ziet de financiële regeling als springplank om de verdere realisatie van een snellere en duurzamere Maaslijn voortvarend door te zetten.